België neemt proactieve maatregelen om de milieuproblematiek aan te pakken door ambitieuze wetgeving op het gebied van reparatie- en duurzaamheidsindices in te voeren. Deze nieuwe regelgeving, die in mei 2025 van kracht wordt, betekent een belangrijke stap naar verantwoorder verbruik en een duurzamere markt.
De wet zal in mei 2025 van kracht worden, met een initiële fase zonder onmiddellijke sancties om een soepele overgang te garanderen. Fabrikanten en importeurs moeten deze indices vanaf april 2025 beginnen te berekenen en weer te geven, maar sancties zullen pas vanaf oktober 2025 voor producenten/importeurs en oktober 2026 voor detaillisten worden toegepast. De wetgeving heeft betrekking op een breed scala aan producten, waaronder wasmachines, vaatwassers, stofzuigers, hogedrukreinigers, grasmaaiers, televisies, laptops, fietsen en scooters.
Producenten en importeurs zijn verplicht deze indices te berekenen en aan verkopers te communiceren, die op hun beurt de consumenten moeten informeren. Deze verplichting zorgt ervoor dat de reparatie- en duurzaamheidsindex van elk product zichtbaar en begrijpelijk is voor kopers, waardoor meer geïnformeerde consumptiekeuzes mogelijk zijn.
De criteria voor repareerbaarheid en duurzaamheid omvatten documentatie, demonteerbaarheid en benodigde gereedschappen, beschikbaarheid van reserveonderdelen, prijs van reserveonderdelen... Een duurzaamheidsindex, gebaseerd op de betrouwbaarheid en robuustheid van producten, zal deze reparatie-index aanvullen.
Deze wetgeving zal fabrikanten aansporen om duurzamere en repareerbare producten te ontwerpen, wat de levensduur van fietsen aanzienlijk kan verlengen. Momenteel varieert de levensduur van een fiets sterk afhankelijk van het onderhoud en gebruik.
Gemiddeld kan een fiets na 5 tot 10 jaar regelmatig gebruik grote ingrepen nodig hebben voor onderdelen zoals lagers of transmissies, wat vaak overeenkomt met ongeveer 5000 tot 10000 km. Deze ingrepen omvatten het vervangen van kettingen, cassettes en soms tandwielen en kettingbladen, die allemaal onderdelen zijn die onderhevig zijn aan mechanische slijtage. Remmen, kabels en banden kunnen ook periodieke vervangingen nodig hebben op basis van slijtage in plaats van een vaste duur.
De nieuwe regelgeving zou fietsen dus langer functioneel en economisch te onderhouden kunnen maken, waardoor de frequentie van volledige vervanging van fietsen wordt verminderd en afval wordt gereduceerd. Dit zou niet alleen een groenere consumptie bevorderen, maar ook fietsen een aantrekkelijkere en meer levensvatbare optie op de lange termijn maken voor meer mensen die tot nu toe werden afgeschrikt door het onderhoud dat een fiets vereist.
Niet te vergeten de elektrische fiets, die met de nieuwe regelgeving duurzamere batterijen moet integreren. Momenteel is de levensduur van lithiumbatterijen voor elektrische fietsen ongeveer 3 tot 5 jaar, waarbij vervanging nodig is na ongeveer 500 tot 1000 oplaadcycli. Naast lithium-ion bieden andere technologieën zoals lithium-ijzerfosfaatbatterijen (LiFePO4) voordelen zoals een grotere duurzaamheid en betere thermische stabiliteit, die beter zouden kunnen voldoen aan toekomstige duurzaamheidsvereisten. Deze regelgeving zou de ontwikkeling van deze alternatieve technologieën kunnen versnellen.